Eierveilingen waren tot begin jaren negentig de plaats waar miljoenen eieren van eigenaar verwisselden. In een veilinglokaal bood de veilingmeester de ene partij eieren na de andere aan en konden de aanwezigen door “mijn” te roepen of op een knop te drukken die eieren opkopen. De meeste eieren van de moderne pluimveebedrijven vinden nu echter hun weg naar de consument via contracten met vaste afnemers en verwerkingsbedrijven. Commerciële eierveilingen bestaan niet meer.
In het museum is nog een veilinglokaal in bedrijf met een interieur uit 1930. Bezoekers kunnen daar ook nu nog met een druk op de knop de oude veilingklok tot stilstand brengen en daarmee een doosje eieren of een leuk souvenir kopen. En ook nu geldt nog: wie vroeg drukt betaalt het meest, maar wie te lang wacht gaat met niets naar huis.